zondag 12 januari 2014

Ka vindt de postbodeschoenen leuk



Omdat ik dagelijks wat krap in mijn tijd zit maar mijn oude buuf toch de helpende hand wil bieden, heb ik mezelf opgeworpen als kok. Ik weet niet of ik een kooktalent bezit, maar ik vind het zelf eigenlijk altijd wel te hachelen wat ik op het vuur heb gezet. Mijn oudste vindt dat ook, die eet het glazuur van zijn bord, mijn kleinste vindt eten zooo ‘overrated’, en schuift zijn doperwten als een anorexiapatiënt van de ene naar de andere kant van zijn bord. Ik wijt dat eigenlijk niet aan mijn kookkunst, maar aan het feit ‘dat ie het dan wel niet nodig zal hebben’.

Ik vind dat mijn buuf wel moet aansterken. Ik kan me voorstellen dat ze al haar energie nodig heeft om op te knappen en geen zin heeft in het bedenken van een avondmaaltijd, het doen –of laten doen-  van boodschappen en het vervolgens ook nog eens in de juiste volgorde op het gas te zetten. Dus dat doe ik. 

Gisteren brouwde ik een geweldig hartversterkend kippensoepje; lekker bouillonnetje van een kippenpoot getrokken. Heerlijk. De dag ervoor spaghetti met koolraap -verzin het maar- en de dag daarvoor een Ierse ovenschotel. “Hoeveel krijg je van me?”, vraagt ze bloedserieus. Niks natuurlijk. “Zorg nou maar dat je weer de oude wordt.” Ze zet de bakjes in de koelkast. “Wil je even naar mijn voeten kijken?”, vraagt ze me. Nou, liever niet. Ik vind voeten van anderen altijd een beetje vies. Voor ik het weet staat ze voor me. Aan haar voeten zitten twee zwart glimmende veterschoentjes. Een beetje van die postbodeschoenen van vroeger. “Verschrikkelijk hè?”, peilt ze mijn mening. Ik kijk haar aan en schud mijn hoofd. “Helemaal niet. Ik vind ze erg leuk. Sterker: ik zou ze zo gekocht kunnen hebben.” Mijn oude buuf denkt dat ik haar in de maling neem. Niets is minder waar. “Deze schoenen zijn op maat gemaakt. Ik kon ze vanochtend ophalen.” Op maat gemaakt? Heb ik een ziekte of blessure gemist? “Nee”, lacht de buuf, “ik had van die rare knokkels aan de zijkanten van mijn voeten en paste amper met die voeten in normale schoenen”, legt ze uit. Ze vindt haar nieuwe stappers afzichtelijk. De podoloog heeft haar op haar hart gedrukt de schoenen in te lopen. ’s Ochtends en ’s middags een uurtje in huis aan. “Nou ja”, haalt mijn buuf haar schouders op, “met zere voeten leven is ook niks.”

De volgende dag zit ik aan de achtertafel achter mijn laptop. In mijn ooghoeken zie ik iets voorbij schuifelen. Ik kijk op. Driftig zwaait mijn oude buuf. Ik loop naar de deur. “Ik ga even naar Cornelia. Kijken of dat lukt”, stiefelt ze verder. “Vraag wat ze van je nieuwe schoenen vindt”, roep ik haar na. Grinnikend draait ze zich om. Ik denk dat ik het antwoord al weet.

Kijk, deze postsnuiter heeft ook van die fijne stappers aan.

Meer blogs lezen? Ga dan naar www.damespraatjes.nl daar staat elke week een verse blog van mij!