zondag 10 mei 2015

Ka krijgt een kusje van de juf voor Moederdag

Moederdag rulez!
Als ik mijn oudste naar bed breng en hem lekker in zijn nek kriebel, kijkt hij mij aan. “Je bent nu echt superdepuper dicht in de buurt van je moederdagcadeautje”, grijnst hij. Ik kijk. Ik zie een houten doosje staan en weet het zeker: daar ligt het in. Dat zeg ik niet. Ik doe alsof ik zoek. Lachend duwt mijn oudste mij weg. “Morgen mam, morgen is het zover.”

Mijn kleinste slaat zijn armpjes om mijn nek, knuffelt me en zegt slaperig: “Morgen is het Moederdag. Dat wordt leuk.” Ik vraag hem wat ik van hem krijg. Hij denkt na. Hij wil het zeggen, maar net op tijd bedenkt hij zich. Weer mislukt, grijns ik.

Zondagochtend 10 mei: Mijn Dag is aangebroken. Twee springende jongetjes naast mijn bed met allebei een cadeautje in hun handen. Ik pak het als eerste het cadeautje van mijn oudste uit. Het is ingepakt in een prachtig papiertje met hartjes. “Zelf gemaakt”, klopt hij zichzelf trots op zijn borst, “maar de laatste hartjes zijn een beetje slordig ingekleurd omdat ik op moest schieten. Ik was al laatste klaar.”
Voorzichtig peuter ik de plakbandjes eraf. “Er zit iets in met een foto”, bouwt mijn oudste de spanning vast op. Als ik maar lang genoeg treuzel dan gaat hij mij ongetwijfeld zeggen wat erin zit. Zover komt het niet. Een klein prachtig schilderijtje met een foto van mijn bonkie. Prachtig. Omslachtig legt hij uit ‘dat het nog een hele klus was’.

Een prachtig mozaïek schilderijtje.
Het volgende cadeautje is van mijn mannen samen. “Ja”, begint mijn oudste, “papa kon je oude zwemkaart niet vinden en toen moest ie voor de zwemkaart betalen. We wilden er eerst 25 keer zwemmen op laten zetten, maar dat was duur. Duur! Meer dan honderd euro. Dus nu staat er twaalf keer zwemmen op.” Inwendig sterf ik van het lachen, maar houd mijn hoofd in de plooi. De Man werpt een vernietigende blik op mijn oudste. Ik maak het pakje open. Een zwemkaart! Kan ik trainen voor de City Swim. Ik ben er blij mee.


Zo lief! 
Kusje van de juf!
Het laatste cadeautje is van mijn kleinste. Een rood pakje. Aandoenlijk gedichtje bovenop geplakt. “Ik mocht niet zelf een papiertje maken, dat heeft de juf gedaan”, pruillipt hij. Ik zeg dat dat niet erg is. Ik maak het open. Een mee-neem-kusje! Wat een verrassing. Ik vind het kaartje geweldig. Mijn kleinste heeft mij met twee harten in mijn hand getekend. “En een zonnebloem”, vult hij aan. Op de achterkant een kusje van lippenstift. Heb ik mijn kleinste altijd bij me. “Het is niet mijn kusje”, zegt mijn kleinste opeens. Ik kijk m aan. “Nee, ik wilde dat niet. Ik wilde geen lippenstift op mijn lippen. Vind ik stom.” Ik vraag van wie het kusje dan is. “Van de juf!”, zegt hij trots. Oh, maar dat is ook prima. Voor de tweede keer kom ik niet meer bij. In stilte.In mijn portemonnee zitten in lengte van dagen voortaan twee mee-neem-kusjes; eentje van mijn oudste en eentje van de juf. Zo grappig is Moederdag.