zondag 6 oktober 2013

Ka fietst met dj Clark

Mijn leven gaat vooral niet over rozen. Maar het kan erger, zo constateerde ik vanochtend. Ik had me ingeschreven voor de spinningmarathon. Nou ben ik niet zo van de marathons, maar het feit dat er een dj muziekjes kwam draaien, trok mij over de streep. Dat leek me wel wat.

Dj Clark was al aanwezig toen ik samen met mijn sportmaatje de spinningzaal betrad. Op een stapel steps, waarop ik normaal gesproken lig om mijn borstspier hier en daar wat op te rekken, stond zijn ingewikkelde apparatuur klaar. Hij oogde fris, had een fruitig T-shirt waarop met sierlijke letters stond geschreven: ‘something so beautiful, unbelievable’. Deze mooie woorden stelden mij gerust; dj Clark zou mij wel door die eindeloze fietsles loodsen. Ik vond hem een held. Nu al.

Ongetwijfeld had ie een paar uur daarvoor op een of ander hip dancefeest staan draaien, en hee, nu stond ie hier, in een sportschool op het Mediapark. En wat hem boven zijn hoofd hing, hij kon het niet verzinnen.

Want: enig idee wat er gebeurt als je zo’n twintig man in een hokje stopt, op spinningfietsen zet, de deur dichtdoet, vooral de ramen gesloten houdt en ervoor zorgt dat hun hartslag naar ongekende hoogten stijgt? Precies. Dat wordt warm. Dat gaat stinken. Die fietsers zien er na een kwartier al niet meer uit. En Clarke, die frisse dj, moest dat allemaal aanzien. Na een uur sprong ik van mijn fiets, maakte bijna een zwieper over het vele zweet dat op de vloer lag en trok een sprintje naar de wc. Ik moest erg nodig. Toen ik terug kwam en de spinningzaal binnen glibberde, viel ik zo ongeveer dood neer. Wat een ranzige lucht. Heel ranzig. Dj Clarke verblikte of verbloosde niet. Of hij stond nog stijf van de adrenaline van de nacht ervoor, of hij blokte het.

Ik bekeek deze marathon door de ogen van dj Clark, ik had toch niet veel meer te doen dan fietsen, dus dat kon ik er best even bij hebben. De waanzin van het spinnen werd me duidelijk. Helemaal toen sportschoolmedewerker Paul voor het blok werd gezet en op het podium werd gedirigeerd om ook een blokje te entertainen. Bij het vele zweet dat al van Pauls hoofd parelde, gutste dwars daar doorheen vers zweet. Maar hee, hij kon het nog. Na een aarzelend minuutje kreeg hij een meute spinners in beweging. En hoe! En toen, toen zag ik het gebeuren. Voor het raam stonden de nazaten van Paul. Met open mond keken ze naar binnen, voor zover dat mogelijk was door de beslagen ramen. Daar zat hij. Hun vader. Als een dolle te fietsen, als een pakkendrager te zweten. Je zag ze denken: daar heeft ie het thuis nooit over. Nee natuurlijk niet! Dat zijn zaken die je niet tijdens het diner op tafel slingert. Net als dj Clark never nooit aan zijn collega’s gaat vertellen dat ie tijdens een spinningmarathon heeft staan draaien. Dat zijn uitzicht een een troep hopsende mensen op een stilstaande fiets was. Nee met zo'n anekdote trek je geen volle zalen.

Het uitzicht van dj Clarke. Let wel: hier is de marathon nog niet van start gegaan...
 

Na twee uur lagen er tien dode tenen in mijn keiharde spinningschoenen. Ik had honger, ik had dorst en was er klaar mee. Na wat rekken en strekken stortte ik me op de bananen en mandarijnen. Schaamteloos. Dj Clark deed hetzelfde. Haalde zijn hand door zijn haar en keek of dit alles heel normaal was. Ik begreep het wel. Immers: God is a dj…