zaterdag 20 december 2014

Ka bakt worstenbroodjes voor school


Worstenbroodjes voor het kerstdiner. Zalig.

Och. Wat geniet ik. Wat kom ik bij. Zaterdagochtend. Half acht. Ik loop nog in mijn joggingbroek en slaaphoofd. Mijn kleinste mannen kijken naar Kerst met Linus. Relaxed. Geen gehaast. Geen geheu. Geen ‘heb je mijn scheenbeschermers in mijn tas gedaan?’ of: ‘mahaaam, kom nou we moeten toch weg? Anders komen we te laat op het voetbalveld’ en, mijn kleinste die nog niet voetbalt, ‘ik haat voetbal. Ik wil niet mee. Nee, ook niet als ik warme chocolademelk krijg’. Niks van dat al. Rust. Krantje lezen. Koffie drinken. Het is kerstvakantie en het voetbalgebeuren heeft ook vakantie. Aan deze zalige zaterdagochtend ging wel wat stress vooraf; donderdag hadden mijn boenders kerstdiner.

“Vergeet je niet op de lijst in te vullen wat je gaat maken”, prikte een moeder vinnig in mijn arm. Ik zei dat ik even mijn Donald Duck-kookboek moest zien te vinden en dat ik dan echt, echt haar o-zo belangrijke lijstje zou invullen. Mijn oudste hoorde het aan en trok zijn wenkbrauw op. Ik knipoogde naar ‘m.

Woensdagmiddag vond ik het Donald Duck-kookboek terug. Gelukkig. Democratisch besloten mijn oudste, jongste en ik dat we Kwik, Kwak- en Kwek-worstenbroodjes gingen maken. “Trek ik lekker mijn Juichpakske aan”, danste ik door de keuken. Mijn mannen zuchtten diep en hoopten dat ik een grapje maakte.

Donderdagmiddag, half drie. Hieperdepieper hollen mijn mannen naar me toe. “Gaan we worstenbroodjes bakken, mam?” Ja ja. De ingrediĆ«nten heb ik klaar staan. Gelijk bakken is geen optie, dat is nog te vroeg. Hoe ik het voor elkaar krijg is me nog steeds een raadsel, maar ineens duw ik enorm tegen de deadline van het kerstdiner. We hebben nog een half uur. Dat is wat krap op z’n zachtst gezegd. Mijn mannen staan in hun nieuwe trui (‘waarom staat er geen kersthert op?’, vroeg mijn kleinste nog teleurgesteld.) in de keuken. Binnen een minuut zitten die vrolijke kersttruien zonder kersthert onder de bloem. 

We ploppen het deeg open, rollen de worsten erin en leggen de broodjes op de bakplaat. “Mam! Mogen moslims dit ook eten”, vraagt mijn immer aan anderen denkende oudste. Nee. “Dit is niet halal, nee.” Mijn oudste trekt een pruillip. “Dan mag Youssouf dit niet hebben en ik had hem gezegd dat jij de allerlekkerste worstenbroodjes van de hele wereld bakt.” Mijn hart breekt. Mijn zenuwen ook. We hebben nog tien minuten. Ik schuif de plaat met broodjes in de oven. Hijs mijn mannen vast in hun jas. Zet de tas met kerstpresentjes voor de juffen klaar. Braaf staan mijn boenders in hun jas en muts op in de keuken te wachten. De oven piept. We hebben nog een minuut. Als bezetenen fietsen we naar school. Ik ben gesloopt. De moeder met haar prikkende vinger rolt met haar ogen als ik de school binnen stier. “Je hebt het niet op de lijst gezet”, wijst ze op mijn dampende broodjes. Ik grijns en loop naar de klas.

Als ik mijn mannen na ruim een uur weer ophaal, stralen ze. “Mam, iedereen vond de broodjes heerlijk. Vooral juf Natasja. Ik moest haar er eentje brengen.” Ik haal opgelucht adem en voel hoe moe ik ben. Terwijl ik in de schoolgang sta, verheug ik me op die lange lome zalige zaterdagochtend. Die ochtend waarop ik niets moet. Helemaal niets.


woensdag 10 december 2014

Ka vermoordt bijna een azalea

De azalea's hebben het overleefd. Thank god.
Als ik het lege, verlaten huis van mijn oude buuf inloop, slaat de schrik me om het hart. Ik had haar zo beloofd dat ik er goed voor zou zorgen en nu staat er een opgedroogde azalea. De bloemen bruin, de aarde droog. Dat. Ik besluit de plant te reanimeren. Loop naar de keuken, zet de kraan zachtjes aan en zet de dorre plant in de gootsteen. Vervolgens doe ik een schietgebedje.

“Hoe is het met je”, vraag ik mijn oude buuf. Ik hoor een hoop gekraak aan de andere kant van de lijn. “Wacht even, ik loop even weg. Oh, moment, Ciska gaat weg. Ja. Daaaag Ciska. Leuk dat je er was hoor. Ja, heel leuk. Dag Ciska. Wat? Je tas? Oh ja, daar. Nou daaag.” Ik ijsbeer wat door de kamer. “Zo, Ciska is weg”, meldt mijn oude buuf monter, “ja, ik sta in een hoek te bellen. Gisteren zaten we aan tafel en toen werd een mevrouw gebeld en de tafelgenoten waren zeer ontstemd. Bellen doe je niet aan tafel. Dus ik dacht: ik loop maar even weg. Ze zijn hier niet zo van het bellen. Hoe is het met jou?” Hoe het met mij is?! Ik wil weten hoe het met haar is. “Goed, goed. Is de operatie goed gegaan?”, vraag ik. Uitstekend, zegt mijn oude buuf. “Zo interessant weer. En ik had geleerd van de vorige operatie: ik heb gewoon mijn bril opgehouden. Dan kan ik tenminste wat zien. Alleen het bijkomen was waardeloos. Ik lag naast een vrouw op de kamer, nou die was gewoon krankzinnig. Schreeuwde de hele tijd heel hard. Ik heb de zuster gevraagd of ze die waanzinnige een pilletje kon geven. Zo knap ik natuurlijk niet op”, ratelt mijn oude buuf. Nee. Daar knap je niet van op. “Maar na twee dagen ziekenhuis kon ik lekker naar het zorghotel. Ik blijf nu niet zo lang hoor, ik moet op tijd terug zijn voor mijn verjaardagsfeest.” Ik knik maar realiseer me dat ze dat niet ziet. Dinsdag hoopt ze weer thuis te zijn. “Heb ik eigenlijk veel post? Is de Musica gekomen?” Ik zeg dat ik dat niet weet. “Ik leg de post op een stapeltje, maar kijk er niet in, dus geen idee”, antwoord ik. “En gaat het goed met mijn azalea’s? Mooi zijn ze he?” Ik antwoord ontwijkend. Ze heeft het niet in de gaten.

Dinsdagavond laat gaat mijn telefoon. Ik schrik. Het is de buuf. “Joehoeh, ik ben er weer hoor! Kind, wat zijn de azalea’s mooi. Hoe doe je dat toch? Nou het is een zware tegenvaller om thuis te zijn. Ik werd zo lekker verzorgd in dat zorghotel he? Nou ja, ik ga zo maar naar bed. Hartelijk dank voor je chocolaatjes, die ga ik zo in bed eten. Met jullie alles goed? Zal wel he? Nou daag, daaag, bedankt hoor, heel erg bedankt.” En weg is de oude buuf.


Er valt een last van me af nu ik niet meer de zorg voor die azalea’s heb. Volgend jaar moet ze gewoon maar weer kerststerren neerzetten, die begrijp ik veel beter.

maandag 8 december 2014

Ka leest Het Kerstfeest van Bob

Uberschattig toch? Bob de Straatkat in Het Kerstfeest
van Bob met een gebreid dasje.

Ik lees veel. Kranten, tijdschriften en boeken. Soms komt het voor dat ik een boek uit heb, maar nog dagen daarna in het decor van het boek zweef. Volledig in de ban van het verhaal. Dat zijn de betere boeken. Die beklijven. Dan heb je echt waar voor je geld.

Voor www.damespraatjes.nl mocht ik Het Kerstfeest van Bob recenseren. Ik ben niet zo'n enorme kattenliefhebber. En al helemaal niet van pratende of schrijvende katten. De enige kat die ik geweldig vind, is Garfield. Sinds ik Het Kerstfeest van Bob heb gelezen, kan ik Bob ook aan het rijtje 'katten die ik geweldig vind' zetten.

James Bowen, de schrijver, is straatmuzikant in Londen. En dat is sowieso al een leuk gegeven, want ik vind Londen leuk. Heel erg leuk. James is een ex-verslaafde. Dat is voor James niet leuk, maar ik houd van het rauwe leven van anderen. Het knokken om te overleven. Weet ook niet zo goed waarom me dat zo aantrekt. Het verhaal waarschijnlijk.

Enfin. Het Kerstfeest van Bob is heerlijk. Niet sentimenteel maar mooi. Ik houd ervan. Benieuwd naar het verhaal? Lees dan mijn recensie op: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-leest-het-kerstfeest-van-bob

woensdag 3 december 2014

Ka d’r buuf is weer ziek

Voor deze azalea moet ik zorgen van de oude buuf.
Een jaar geleden hoorde mijn oude buuf het slechte nieuws. Ze had kanker. We zijn een jaar verder, haar kerststerren die ik in leven moest zien te houden, zijn inmiddels overleden, maar zij is er nog. “Ze heeft wel een jasje uitgedaan, he?”, constateert Cornelia. Ik moet Cornelia, een andere oude buuf, gelijk geven. Na de operatie vorig jaar december is mijn oude buuf een beetje aan het kwakkelen. Al vindt ze zelf van niet.

“Ik moet naar het ziekenhuis. Ik ben zo sloom. Ze gaan een maag- darmonderzoek doen. Moet ik anderhalve liter smurfendrank opdrinken. Hoe krijg ik dat in hemelsnaam weg”, vraagt mijn oude buuf zich af. Een maag- darmonderzoek?! Maar dat klinkt niet best. “Allemaal vergeefse moeite. Je zult zien: ik heb niks.”

Als ze het onderzoek achter de rug heeft, belt ze me op. “Kun jij me helpen. Ik krijg mijn laptop niet uit. Dat lampje blijft maar knipperen.” Even overweeg ik mijn oudste naar haar toe te sturen, maar besluit toch maar zelf te gaan. Ze heeft ongeveer vijfentwintig tabbladen geopend. Ik sluit ze, en zet de computer uit. “Wat ben jij toch een talent, jij kan echt alles he?”, slaat ze me vrolijk op mijn schouder. Ze houdt een trommel onder mijn neus. “Hier, neem een koekje.” Ik schud mijn hoofd. “Chocolaatje dan?”, vraagt ze terwijl ze een schaaltje kerstkransjes pakt. In het meest gunstige geval zijn ze een jaar oud, maar ik vrees dat deze kerstkransjes al wat kerstfeesten meegaan. Ik bedank vriendelijk en ga naar huis. Over het onderzoek zwijgt ze.

Drie dagen terug gooide ze de krant in de bus. Op de voorpagina had ze gekrabbeld: “Dank voor het zorgen voor de kliko. En oh ja, woensdag word ik geopereerd. De kanker is weer terug.” Ik bel bij haar aan. “Wat erg zeg, is het weer terug?”, vraag ik. Mijn oude buuf knikt. “Apart he?”, antwoordt ze opgewekt, “ik snap er niks van hoor. Ik voel me prima, dus het zal wel meevallen allemaal.” Ze sjokt de bloedhete huiskamer in. “Ik hoop wel dat ik mijn verjaardag gewoon kan vieren. Ik word notabene tachtig en mijn broer heeft en feest voor me georganiseerd. Hebben jullie de kaart al ontvangen?” Haar telefoon gaat. Haar telefoon gaat altijd. “Nans! Alles is prima met mij. Je komt? Je komt? Je komt? Nou fijn hoor Nans. Ik ga weer ophangen, ik heb de buurvrouw op visite. De buurvrouw. En zo vaak is zij hier niet, dus ik ga weer even naar mijn visite. Ja je komt Nans, fijn hoor, daaag.”

Ze gaat zitten. “Dan wil ik jou om een gunst vragen. Wil jij tijdens mijn afwezigheid de post opruimen, de krant lezen en de kliko’s verzorgen?” Ik knik. Tuurlijk. Als ik wegga, roept ze me. “Ik vergeet je nog iets te vragen. Wil jij mijn azalea’s een beetje water geven als ik weg ben?” Zelfde setting, zelfde decor als vorig jaar. Alleen zijn de kerststerren vervangen door azalea’s.


dinsdag 2 december 2014

Ka valt af bij Health Works Fitness 2

Planken met mijn sportmaatje Josefine bij Health Works Fitness.
Ik ben vijf weken verder na mijn eerste weegmoment op mijn sportschool Health Works Fitness. Viel het mee? Nee. Natuurlijk niet. Maar ik ben er wel achter dat een stok achter de deur, in mijn geval Ratna, mij wel helpt om bepaalde keuzes te maken. Als het nieuwe weegmoment in zicht komt, dan wil ik toch niet afgaan op die weegschaal. Dus denk ik: even strak, even rustig aan. En dat werkt.

Wat ook werkt is samen sporten met Josefine, mijn sportmaatje. Zij is zeer stimulerend. Zo was ik ziek, een fikse griep had ik te pakken, en Josefine stuurde mij een kaart. Om mij een hart onder de riem te steken. Ze schreef daarop de legendarische woorden: 'Van ziek zijn val je af.' Hahaha.

Maar of dat ook zo is? Afgelopen vrijdag ging ik naar de slachtbank. "Heb je er ook zo'n zin in", grijnsde Ratna terwijl ze de weegschaal installeerde. Of ik ben afgevallen?

Lees maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-valt-af-2-weigeren-geen-optie

donderdag 27 november 2014

Ka ziet af van een gigolo

Winterwortels!!!!! Foto: Bob Brekelmans

Een gigolo. "Een gigolo is een mannelijke prostituƩ; meestal wordt hiermee een man bedoeld die seksuele diensten aan vrouwen levert", legt Wikipedia uit. Van horen zeggen weet ik dat zo'n man, die werkelijk ideaal is, ook met dames gaat eten, een dansje maakt, en daarna niet scheten latend op de bank ligt, maar nog een drankje inschenkt, een toastje smeert enfin, werkelijk alles uit de kast haalt. Of ik daar naar verlang? Nee. Het zou me verschrikkelijk op mijn zenuwen werken. Ik vind het wel een interessante job, dat wel.

Voor www.damespraatjes.nl interviewde Mara gigolo Romeo. Romeo. Ik moet steeds aan het stukgelezen boek van mijn broer denken. Het kinderboek Romeo. Ik zie die hond steeds weer voor me, de laatste dagen.

Ik ben gelukkig met De Man en verlang niet naar een gigolo. Buiten dat zou ik er sowieso te preuts voor zijn. Ik hang liever aan de bar en dis sterke verhalen op, dan dat ik geforceerd.... nou ja laat maar.

Het deed me wel denken aan een onthutsend voorval op de markt. Jaren terug toen ik er een winterwortel kocht.

Lees maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-ziet-af-van-een-gigolo




zaterdag 22 november 2014

Ka ziet Stromae

Met een Stromae van karton op de foto.
Even kijken. Tum tummetjes in een bakje. Fles water. Natte doekjes. Portemonnee. Telefoon. Sleutels. Check. We kunnen gaan. Mijn oudste en ik gaan samen met Winay en zijn moeder Mariette naar Stromae. Stromae! Het allereerste concert van mijn oudste ooit. Even dreigde hij met mij naar The Red Hot Chili Peppers te gaan, maar dat telt niet omdat ie toen nog in mijn buik zat. Maar goed. Stromae in Ziggo Dome.

Met kinderen naar een concert vergt nauwkeurige planning en goede inschatting. Je moet zorgen dat je op tijd bent, maar niet te vroeg. Wat moet je in godsnaam met die kinderen doen? Files zien te vermijden, een parkeerplek bemachtigen. Alles gaat goed. We zijn prima op tijd in Amsterdam. Sluiten aan in de rij bij de KFC voor smakelijke kippenhapjes. Mijn oudste en Winay hebben er zin in. Kunnen niet wachten. Schreeuwen ‘Formidable’ over het Bijlmerplein.

“Wilt u uw tas even zelf openmaken?”, vraagt de beveiligingsman. Maar natuurlijk. Die fles water. “Mag niet he?” Ik wijs op mijn oudste. “En als hij nou niet goed wordt?” De beveiligingsman monstert mijn oudste. En bromt. “Nou toe maar, ze doen hier niet zo moeilijk.” Mijn bakje tum tummetjes laat hij ongemoeid. We lopen door en worden aangehouden door de volgende vrolijke beveiliger. “Heeft u oorbescherming voor deze twee heren?”, vraagt hij. Oorbescherming. Oorbescherming. Oh god, die tere kinderoortjes. Nooit aan gedacht. Gelukkig zijn er oordopjes verkrijgbaar.

We zoeken een strategische plek. We staan bij het podium, aan de zijkant. Zodat we bij toestanden snel weg kunnen. De vrolijke vrienden beginnen in te zakken. Het is laat. Druk. En nog niets te doen. Ik tover mijn lichtstaafjes uit mijn tas. Een gouden greep. Het voorprogramma is slecht. Bar slecht.

Maar dan, dan gebeurt het. Stromae op het podium. “Dit is voor het eerst dat ik hem in het echt zie”, toetert mijn oudste in mijn oor. Zijn ogen glimmen. Voor ons staat bewaking. Fijn gevoel. Na het derde nummer worden we naar links gedrukt. Een vrouw is niet goed geworden, mijn oudste volgt het tafereel nauwlettend. Dame op de grond, beveiligers erom heen, medisch personeel erbij. Stromae zingt door. Het loopt gelukkig af met de niet-goed wordende vrouw; ze kan weer lopen. Stromae zingt door. 


Mariette tikt me op mijn schouder. Achter haar breekt een knokpartij uit. De hekken worden opengeklapt, beveiligers springen er trefzeker in. Verdorie. Ik leid mijn oudste af, wil niet dat hij dit ziet. Als ik opkijk, nieuwsgierig als ik ben, is het alsof ik in de videoclip van Beat it ben beland. Ik zie ik een ploeg beveiligers aankomen. Ze lopen alsof ze een choreografie hebben afgesproken. Armen wijd, ferme stappen. Ze trekken een vrouw uit het publiek en grijpen wat kerels hardhandig in hun kraag. Stromae zingt door. Wij vinden het mooi geweest. De sfeer wordt grimmig. Als de rust is weergekeerd, sneaken we uit de zaal. Er komt weer leven in de jongens. “Mam, mogen we even heel hard rennen?”, vraagt mijn oudste. Het antwoord wachten ze niet af. Glimlachend worden ze gadegeslagen door de dames van de garderobe. En Stromae, Stromae zingt door. Alors on danse.

woensdag 19 november 2014

Ka doet altijd mee aan ’t Heerlijk Voorleesavondje

't Heerlijk Voorleesavondje is uitermate geschikt voor een hoofdstukje Pinkeltje...

Voorlezen. Hoe laat het ook is, hoe moe we ook zijn: er wordt voorgelezen. Er zijn avonden dat ik er eigenlijk even geen zin in heb. Ik ben het zat, ik moet nog een klusje doen, mijn boenders zijn liederlijk vervelend, maar dan nog, nog lees ik voor. 

Wie denkt dat ik de enige ben die voorleest, heeft het mooi mis. De Man zit regelmatig in de grote stoel met gestrekte armen hopeloos verouderde verhalen van Pinkeltje te lezen. Waarom met gestrekte armen? Omdat de lettertjes zo verdomd klein zijn.
Voorlezen moet. Ze leren er zoveel van. Woordenschat, intonatie, de liefde voor lezen, kortom: geen gezeur, lezen met die hap. Vanavond, 19 november, roept het Vaders Voor Lezen-elftal (groot)vaders massaal op mee te doen aan ’t Heerlijk Voorleesavondje. Tijdens ’t Heerlijk Voorleesavondje lezen vaders hun kind minimaal 15 minuten voor. Deze avond wordt gehouden in het kader van de Vaderweek die plaats vindt van 17 tot en met 23 november. 

Het Vaders Voor Lezen-elftal bestaat uit Dennis van der Geest, Bram van der Vlugt, Job Cohen, Ronald Giphart, Leo Blokhuis, Beau Van Erven Dorens, Jeffrey Spalburg, Thomas Berge, Eric Corton, Ruben Nicolai en Bastiaan Ragas. 

Tijdens de Vaderweek staat voorlezen – vooral door (groot)vaders – centraal. Vaders lezen minder voor dan moeders, terwijl hun leesvoorbeeld groot effect heeft op het leesgedrag kinderen. 

De boekhandel geeft in de Vaderweek geheel in de sinterklaassfeer een cadeautje weg: het Schoenboekje. Dit cadeautje bevat een prachtig voorleesverhaal van Jacques Vriens waarmee niet alleen vaders maar Ć³Ć³k hun kinderen worden verblijd. 
Daarnaast kunnen vaders een speciale online voorleescursus krijgen via bibliotheek.nl waarin vaders tips krijgen om van voorlezen een geweldige ervaring te maken.

Gelukkig leest De Man dus regelmatig voor en weet er telkens weer een feestje van te maken. Zelfs van de ouderwetse avonturen van dat kleine kereltje Pinkeltje. En dat is sport. Topsport!






donderdag 13 november 2014

Ka ziet een snor: Movember!

Nou, ik kan het best hebben, zo'n snor toch? Foto: Bob Brekelmans

Het is Movember. Is het heel erg als ik zeg dat ik wist wat dat inhield? Waarschijnlijk wel. Maar goed nieuws: sinds vorige week weet ik het. Het was op de dag dat De Man naar beneden kwam en iets boven zijn lip had zitten. Zag ik dat nou goed? Hij grijnsde. En zei dat hij zijn snor liet staan. Omdat het Movember is. Oh?

Ik googelde Movember. En middels de site http://nl.movember.com/ het werd me duidelijk:

Een winkel in Barneveld doet vrolijk mee aan Movember.
De Movember Foundation daagt mannen uit om een snor te laten groeien tijdens Movember (voorheen bekend als november), om gesprekken te starten en cruciale fondsen te werven voor gezondheidsprogramma's voor mannen. Tot nu toe lieten we wereldwijd al meer dan 4 miljoen snorren staan, maar we zullen niet stoppen zo lang er serieuze gezondheidsproblemen bij mannen bestaan.

Het moge duidelijk zijn dat het laten staan van een snor voor een kleine aardverschuiving zorgde. Benieuwd? Lees dan meer op http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-ziet-een-snor-movember-blog

Mijn oudste kan m best hebben, die snor.

maandag 10 november 2014

Ka valt af bij Health Works Fitness

Dit is Ratna. Zij speelt de komende tijd een belangrijke rol in mijn leven.

Och och. Dat gewicht, dat gewicht. Ik ben altijd al een stevig kind geweest. 'Gezellig' werd dat vroeger genoemd. "He, doe niet zo ongezellig, stamp nou maar gewoon lekker een moorkop naar binnen. Ik word maar een keer 53", kirde mijn tante dan op haar verjaardag terwijl ze een schaal vol zalige moorkoppen onder mijn neus hield. Omdat ik niet ongezellig wilde doen, ging ik het gevecht met de moorkop aan. Heerlijk.

Nou ja goed. En nu ben ik 42. Tien jaar geleden stopte ik met roken. Kwam een best vrachtje aan. Vervolgens kreeg ik twee kinderen. Kwam er nog zo'n vracht bij. Het werd te veel Ka. Mijn knieƫn gingen zeer doen. Alles zat me net ff te strak. Dit kon zo niet langer. Ik moest wat doen. Ik klopte aan bij een diƫtiste. Beste besluit ever. In vier jaar tijd verloor ik 20 kilo. Vorig jaar namen we afscheid, de diƫtiste en ik. En ik houd het redelijk vol omdat ik zo'n plezier in sporten heb.

Ik sport bij Health Works Fitness op het Mediapark en heb het zo naar mijn zin. Lekker bodypumpen, snoeihard spinnen.

Ik vond het mooi geweest. Ik moest echt even pas op de plaats maken wat gewicht betreft. En daar ben ik nu druk mee. Hoe? Lees maar:

http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-valt-af-deel-1

donderdag 6 november 2014

Ka eet geen krekels

Aaaarrggghhh. Een krekel. Gadverdamme.
Toch liggen ze binnenkort in de schappen van de Jumbo. Foto: Bob Brekelmans

Ik woon vlakbij een C1000. Niet helemaal mijn winkel wat gezelligheid betreft, maar wel wat brood en aanbiedingen betreft. Het lekkerste brood kwam bij de C1000 vandaan. Sinds anderhalve week is de C1000 dicht, en wordt sindsdien zo ongeveer dag en nacht bevolkt door werklui. Zij toveren de super om in een Jumbo. Ook niet helemaal mijn winkel. Al was het alleen maar omdat ik niet van de kleur geel houd. In combinatie met zwart doet het me denken aan een bij en daar zit ik ook niet op te wachten. En dan ben ik gelijk bij het onderwerp waar ik naar toe wil: insecten.

Want vanaf volgend jaar legt Jumbo insecten in de schappen. Wasmotlarven, meelwormen en buffalowormen, gaan hopsa, in de verkoop. Ik gruwel daar van. Dan kan er enorm veel eiwitten in die kleine crispy larven zitten, dat zit in een ei of bakje magere kwark ook. Gadverdamme. Het geluid van zo'n krakend karkasje van een wasmotlarf.... Nee. 

Als de Jumbo bij mij om de hoek over een kleine week opengaat, houd ik de insectenschappen nauwlettend in de gaten. Stel dat we zo'n vlotte Jumbo hebben die niet kan wachten tot begin volgend jaar en die larven vast in de winkel gooit. Vrees dat ik mijn brood en aanbiedingen bij een andere super moet gaan halen....

Er zijn overigens nog meer voedingsmiddelen die ik niet naar binnen kan krijgen zonder te kokhalzen. Kaas is er een van. Zo werd ik jaren terug zo ongeveer een Frans restaurant uitgezet. Benieuwd waarom? 






vrijdag 31 oktober 2014

Ka wordt geen honderd

Nooit ging ze deur uit zonder een mooi hoedje, die oma van me. 

Dit oude mensje is niet mijn buuf, nee, op de foto zie je mijn oma. Frida Westphal, geboren in Duitsland. Gestaalde kader dus, die oma van me. Meer dan tien jaar geleden is ze overleden, ze werd 93. Ja. 93! En in goede gezondheid. Toen ze na een val in een zorgcentrum, dat toen nog gewoon verzorgingstehuis werd genoemd, terechtkwam, baalde ze als een stekker. Wat moest zij in godsnaam tussen al die oude mensen? Haar aan haar verstand peuteren dat haar leeftijd toch ook al met een 9 begon was zinloos

Zelf was ze ervan overtuigd dat ze 95 werd. Dat had namelijk een zigeunerin haar voorspeld. En mijn oma geloofde dat, net zoals ze de verhalen in de Prive, Weekend en Story geloofde. Ik was ervan overtuigd dat ze 100 werd. Leek me geweldig als de burgemeester langskwam op haar feestje en meeliep in de bejaardenpolonaise. Helaas. Vlak voor haar 94ste verjaardag blies ze haar laatste adem uit.

In de krant las ik deze week dat er steeds meer mensen 100 worden. Het komt er op neer dat het helemaal niet meer zo bijzonder is. Nou eh, ik weet het niet, maar ik kijk er niet echt naar uit om een eeuw op deze aardkloot te dartelen. Waarom niet?

Lees zelf maar:http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-wordt-geen-100

Ka neemt een Dondersshot

Dondersshot. Feest!
Mijn held Roy Donders heeft weer wat nieuws: Dondersshot. Een likeurtje. Of nou ja, likeurtje, het is een cream likeur op basis van aardbei en room met een vleugje wodka, zo zegt fabrikant Flugel. "Dondersshot is de shot bij uitstek voor een verjaardagsfeestje, een gezellige avond in de kroeg of thuis op de bank met een stel vrienden", vindt Flugel. Ik vind het vooral leuk dat de koning van de huispakken dit heeft bedacht. En dat het dan ook daadwerkelijk op de markt komt. Cool.

Ik ben niet zo van de likeurtjes. Sowieso ben ik geen drankorgel. Maar toen mijn hoofdredacteur mij vroeg Dondersshot te testen, was ik zeker niet de beroerdste. Goddelijk drankje. Het deed mij denken aan vanille jenever. Niet dat het daar op lijkt, maar dat was zo'n drankje dat mijn beste vriend en ik altijd als afsluiter van een avondje hoeren en snoeren namen. En steevast werden we daar misselijk van. En hielden we er een megakater aan over.

Ik kan me voorstellen dat Dondersshot net zo'n afzakkertje kan worden. Het is superlekker. Lekker zoet, lekker romig. Maar ook 14,5% alcohol. Voor feesten en partijen prima te doen.

Goed. Ik heb het getest. Lees maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-neemt-een-dondersshot-met-winactie


En oh jah: je kunt zo'n fles winnen! Kijk maar even op www.damespraatjes.nl Meedoen dus!!!

zondag 26 oktober 2014

Ka slacht een pompoen

Hulde voor de pompoenscarver!

Herfst! Heerlijk. Ik ben geboren in de herfst en heb het gevoel dat ik meer met de herfst heb dan met de andere seizoenen. Nergens op gebaseerd, gewoon een gevoel. Hoewel ik intens geniet van de eindeloze zomeravonden en vooral dat je dan s avonds nog van alles kunt doen, vind ik de opmaat naar de winter ook leuk. Om zes uur is het donker. Huishoudelijke klussen kun je dan slecht zien, pure overmacht, jammer dan. In de zomer pak ik diezelfde huishoudelijke klussen nog wel na zessen op.

De kleuren van de herfst vind ik mooi. Het eten ook. Slome stoofschotels. Wild met cranberrycompote. Je eet het niet in de zomer he? Nog zo'n mooie: pompoen. Heerlijk. Pompoensoep. Dit jaar nam ik me voor om zelf pompoensoep te maken. Tijdens de rit naar de boerderij van Hans uit Haarzuilens, zagen we bij een andere boer een kist vol pompoenen. De prijzen waren van het krijtbord geregend door de snoeiharde regen, dus ik gooide een handje kleingeld in het potje naast de pompoenen.

Een week stonden de oranje vruchten op mijn aanrecht. We moesten even aan elkaar wennen, zeg maar. Toen kwam de dag dat ik ze moest slachten voor de soep. Wat een klus! Wat zijn die vruchten hard zeg! Het is me gelukt. Maar vraag niet hoe.

Lees dat zelf maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-slacht-een-pompoen

zondag 19 oktober 2014

Ka heeft geen tattoo

Wat? Hebben die twee al tatoeages?!
Ik heb het wel eens vaker gezegd: een van mijn betere vriendinnen en ik hebben een rauw randje zoals we dat zelf noemen. We zien er keurig uit, maar ondertussen vinden we Anthony Kiedis van de Red Hot Chili Peppers wel een heel leuke man. Ondanks dat ie met Henk Schiffmacher, ook al zo'n geweldige kerel, door Borneo zwierf en er zwaar doorheen zat zonder verdovende middelen. En ondanks zijn coole tatoeages. Of misschien wel: dankzij die coole tatoeages.

Vroeger had ik een scharrel met tatoeages op zijn arm. Van die jaren-vijftig-vrouwen. Gewoon klats, op zijn onderarm. Geweldig vond ik dat. Ik benadruk dat dat de tijd was dat tatoeages helemaal niet in waren. Tegenwoordig is het vreemd als je er geen hebt. In het zwembad kijk ik mijn ogen uit. Wat ik niet allemaal voorbij zie komen.... duizelingwekkend. Sommige hebben ware kunstwerken op hun lijf. Maar het merendeel loopt met troep.

Of ik nooit heb overwogen er eentje te nemen? Jazeker wel. Maar waarom niet gedaan dan? Nou omdat.... Lees maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-heeft-geen-tatoeage

zondag 12 oktober 2014

Ka graaft een kuil


In plaats van rustig een boek te lezen,
sta ik te scheppen als een zot in de speeltuin. 

Ik heb nog maar net mijn ogen open als mijn boenders de hamvraag van de dag stellen: “Wat gaan we doen vandaag?” Geen idee. Eerst ga ik lekker twee uur sporten, een bammetje eten en daarna zien we wel. Daar nemen zowel mijn oudste als mijn jongste geen genoegen mee. “We kunnen naar de grote speeltuin gaan?”, opper ik. Mijn oudste schudt zijn hoofd. “En dan ga jij zeker die container langs de weg weer leeg trekken?” Ik grijns. En denk aan vorige week. Toen we naar de grote speeltuin gingen en ik hard op mijn rem trapte toen ik voor het huis op een chique laan een container zag staan. Vol verse en prachtige afgedankte spullen. Een tennisracket, een glazen vaas met zilveren voet, een vogelvoederbak en veel meer. Ik stapelde alles op in de achterbak. Geen idee of mannen van 5 en 7 zich al schamen voor hun moeder, maar ik kan me voorstellen dat dit zo’n moment zou kunnen zijn.

Niet naar de grote speeltuin. Dan naar de speeltuin om de hoek? Mijn mannen veren op en juichen. Voor mij wel zo rustig. Na het sporten gaan we. “De laatste keer dat ie op zondag open is, mevrouwtje”, knipoogt de immer vriendelijke vrijwilliger. Ik besluit extra te genieten. Zoek een bankje in de zon, pak mijn boek uit mijn tas. Mijn boenders hoor ik joelen.

Mijn jongste heeft al snel vriendjes gespot, een tweeling uit zijn klas. Wat een perfecte middag. Iedereen blij. Toch? Nee natuurlijk niet.

Mijn oudste trekt met een verhit hoofd aan mijn arm. Een van de tweeling, ‘geen idee welke mam, want ik houd ze nooit uit elkaar’, heeft de rode linker Crocs van mijn kleinste begraven. En nu kunnen ze m niet meer vinden. Dat lijkt mij sterk. Het zijn dan wel geen padvinders, maar een Crocs uit het zand vissen moet toch ook zonder dubbele knoop-diploma te doen zijn. Ik haal mijn schouders op, lees verder. Niet veel later staat mijn kleinste naast me te hyperen. Ik stuur m terug en zeg hem dat ie moet graven. Er zit tenslotte een kwart Duitse genen in die twee boenders.

Mijn kleinste schept alsof zijn leven ervan af hangt.
De tweeling heeft de speeltuin verlaten, ik breng mijn theekopje terug en roep mijn boenders. De kleinste graaft met een geel strandschepje, mijn oudste geeft aanwijzingen. Ik zie de ontreddering. Ik denk: dat los ik wel even op. Maar ik kan die schoen ook niet vinden. Ik loop naar die immer vriendelijke vrijwilliger en vraag hem een schep. Als een zot sta ik te graven. Inmiddels heb ik een formaat van een massagraf gegraven, maar geen Crocs te bekennen. Ik word nijdig. Hoe kan dat nou? Driftig schep ik door. Bijna wil ik het opgeven, maar als ik het trillipje van mijn kleinste zie, besluit ik nog op Ć©Ć©n plek te scheppen. Mijn hart maakt een sprongetje als ik het rode hielbandje zie. Mijn oudste juicht, mijn kleinste pinkt een traantje weg en de immer vrijwilliger is achter me gaan staan. “Zorgt u er wel voor dat het gat ook weer netjes dicht wordt geschept.”

Ja! Daar is de Crocs!



Terwijl mijn boenders lamlendig over de zitting van de schommel hangen, de laatste bezoekers de speeltuin hebben verlaten, het inmiddels al donker wordt, sta ik zwaar geĆÆrriteerd een gat dicht te scheppen. “Zo zie je maar mam, op zo’n laatste dag gebeurt altijd wat speciaals”, houdt mijn oudste de moed erin. Als ik op mijn fiets stap, weet ik dat het morgen een zware dag wordt wat spierpijn betreft. Op het programma staat dan het zwembad. Kan nooit veel erger worden dan het opduiken van een Crocs. Hoe moeilijk kan het zijn?

zaterdag 11 oktober 2014

Ka doet als een boer

Mijn kleinste wordt gevoerd aan de koeien.
Zijn ze gek op, die beesten.
Vanochtend werd ik blijer dan normaal wakker. Opeens wist ik het weer: het was vandaag Doe als een Boer-dag. Na de lunch verwachtte boer Hans uit Haarzuilens ons; ik had ons namelijk heel hip via internet aangemeld. Wat zou ik aantrekken? Wat had Yvon Jaspers aan als ze naar de boeren ging? Vooral felle kleurtjes en ruitjes. Dat had ik niet. Dus hees ik mezelf in een spijkerbroek, warm fleecevest en mijn winter Palladiums. Dat zou boer Hans prachtig vinden, gokte ik.

Met mijn drie mannen reed ik naar Haarzuilens. Boer Hans had een groot gedeelte van zijn weiland ingericht als parkeerplaats. We stapten uit de auto. “Iiieeuwww”, wees mijn kleinste naar de grond, “een platgewalste hondendrol.” Ik zuchtte. Als hij zo ook niet kon geloven dat melk uit koeien kwam, ging ik heel hard huilen. “Dat is geen hondendrol, maar een koeienvlaai.” Mijn kleinste keek mee aan. En zei dat het heus geen vlaai was. Zag ik kersen en slagroom dan? Nou? Ik rolde met mijn ogen. Slalommend door de koeienvlaaien kwamen we bij de boerderij van boer Hans.

Mijn oudste spurtte naar een tractor, hees mijn kleinste omhoog en met veel spuug en rollende lippen waanden ze zich op de akker. Ik vond het wel wat hebben. Niet veel later gaven ze koeien eten. Hurkten op een klein wit Ikea-krukje om een houten koe te melken. Opeens werd het opvallend druk in de stal. Toen ik naar buiten keek, snapte ik waarom. De regen kwam met bakken uit de lucht. Ik hield de moed erin.
 
Mijn oudste haalt verse vanille vla. Knapt een mens van op.

Stuurde mijn oudste naar het Campina-kraampje om vanillevla te halen. Het regende harder. We lepelde als vier verzopen katten de papieren bekertjes vla leeg. Keken op buienradar en zagen een bui van vier uur. We doken de melkschuur in. En daar stond ie. Boer Hans. In een frisse grasgroene bodywarmer. Vol passie vertelde hij over het melken. Over het vroege opstaan. Zeven dagen per week. Over de koeien. Over de fles pepermuntolie die de uier van de koeien stimuleerde. Ik had het koud. Ik rook geen appeltaart. Ik rook stront en pepermunt. Ik vroeg me af of boer Hans ook wel eens op vakantie kon, of liever gezegd: wilde. Een weekje per jaar kon best, vond boer Hans.


Zeven dagen per week vroeg op om te melken.
Twee keer per dag. Wat een baas, die boer Hans!
Toen ik de stal uit slenterde, was alles grauw en nat. Ik sloot aan in de lange rij voor een warme wafel. Dikke druppels landden in mijn nek. Ik rilde. Vanuit mijn ooghoek zag ik een doorweekte haan. Zijn kleurige veren slap. Hij schudde met zijn kop. Uit mijn zak viste ik een vergeten koetjesreep. Met zo’n romantisch blauw-witte wikkel. Mijn droom, mijn romantische beeld van het boerenleven, spatte uiteen terwijl ik de koetjesreep op mijn tong liet smelten. Boer Hans greep ik vast om op een sokkel te zetten. Wat een baas!

donderdag 9 oktober 2014

Ka naar de Doe als een Boer-dag op 11 oktober 1014

Wonen op een boerderij. Daar waar mijn boenders altijd vrolijk
 zijn en elkaar duwen op de boomschommel. Is dat wat?

Boerderijen. Ik vind het zoiets prachtigs. Zo Hollands ook. Soms lijkt het me wel wat. Wonen en werken op een boerderij. Koffie uit Boerenbont servies drinken in de grote woonkeuken. Met zo'n tafel waaraan makkelijk tien man kunnen zitten. Met in het midden een mooie vaas met bloemen. Zo'n keuken waar het ruikt naar appeltaart. Waar de klompen voor de deur staan. Waar het warm is. Waar je, als je naar buiten kijkt, ver over de weilanden kan turen. Door een raampje waar rood/wit geblokte gordijntjes hangen. Zo'n keuken waar een prachtig fornuis staat, een heuse Boretti. Waar ik dan achter sta te kokkerellen. Prachtige gerechten in elkaar flans.

Ja soms lijkt me dat wel wat.

Maar als ik klaar ben met mijmeren, denk ik ook: het is knoerthard werken op die boerderij. Er wonen beesten, en ik heb niet zoveel met beesten. En al helemaal niet met beesten die dood gaan. Ook kan ik niet zo denderend koken. Ja gewoon, eten klaar maken. Maar ingewikkelde recepten met makke gepofte kastanjes op een bedje van weet ik veel, vind ik gedoe. En als ik er aan denk dat die boerderij ook nog eens schoon moet, krijg ik het Spaans benauwd.

Heb ik gelijk? Ik weet het niet. Maar daar ga ik wel achter komen. Want zaterdag 11 oktober is het Kom doe als de boer-dag. Mooi. Dan schuif ik achter de Boretti en doe als een boerin. En als het bevalt, dan word ik boerin. Het immers nooit te laat voor een carriĆØreswitch.

Ooit hoorde ik een kind zeggen dat melk uit de fabriek kwam. Want het zat in een pak. Om te voorkomen dat mijn boenders dat ook denken, neem ik ze mee.

Lees meer op: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-gaat-op-11-oktober-naar-de-doe-als-een-boer-dag

donderdag 2 oktober 2014

Ka gaat naar het Kinderboekenbal

We zijn er! Kinderboekenbal in het Spoorwegmuseum.
Mijn oudste en ik hebben een kater. Een Kinderboekenbal-kater. Op een glas Jip en Janneke-champagne na, hebben we niet gedronken. Het is ook geen vervelende kater, integendeel, maar we zijn moe.

Het was laat dinsdagavond. Dat komt zo. Namens www.damespraatjes.nl mochten we naar het Kinderboekenbal. Begon om 18.30 uur. Een uur lang zaten we op een stoel en keken naar het spektakel op het podium. Nienke van het Klokhuis presenteerde het, Typhoon, Kinderen voor Kinderen en Julia -de winnares van het Junior Songfestival-, traden op. Evenals Raf, Neerlands beste voorlezer. En Harm de Jonge, schrijver van het Kinderboekenweekgeschenk klom op het podium. Kortom: Feest! Tevens het thema van deze zestigste Kinderboekenweek.

Maar goed. Mijn oudste en ik waren er. Op dat Kinderboekenbal. "Maar ik kan niet dansen", pruttelde mijn oudste. Ik ook niet. Hoeft ook niet. We zagen bekende schrijvers, scoorde handtekeningen.

De mooiste handtekening is die van Harm de Jonge. Die krabbel in zijn Kinderboekenweekgeschenk Zestig Spiegels. Nee natuurlijk ging dat niet vanzelf. Zonder geluk vaart niemand wel... lees maar hoe ik aan de handtekening kwam: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-gaat-naar-het-kinderboekenbal



Hier nog wat foto's!


Huh? Een olifant?!

Mijn oudste wordt gefilmd.

Geronimo Stilton, uitgever van krant de Wakkere Muis, zet zijn handtekening.

Handtekening van Jaques Vriens.

Directeur van het Spoorwegmuseum Paul van Vlijmen. Eind oktober verlaat hij 'zijn' museum.

Rapper Typhoon

Personages uit het boek Fabians Feest van Marit Tornqvist (links in stippeljurk)

Winnaar van de Gouden Griffel: Jan Paul Schutten

Sante! Aan de champagne!

Feest op het bal.

Mijn oudste frƶbelt een lampion.

Klaar! Gaaf!

Muffins decoreren.

Handtekening van Janneke Schotveld.

Ook Marion van de Coolwijk zette haar handtekening.

Ja! Eindelijk! Harm de Jonge signeert het Kinderboekenweekgeschenk.

vrijdag 26 september 2014

Ka wordt gestalkt door en duif


Dit is Gerrit. Gerrit die mij tot wanhoop dreef.

Een duif op het Perzischtapijt dat we van mijn schoonvader hebben gekregen? Yep. En ik houd niet van vogels in mijn huis. Ook niet in een kooi. Buiten in een boom, scharrelend in mijn tuin, genieten van de korsten brood die mijn boenders niet naar binnen willen stampen. Zo vind ik ze leuk.
Een dood vogeltje op het tuinpad? Ik wacht tot De Man thuiskomt en het lijkje opruimt en het tot mijn grote afgrijzen in de groene kliko mikt. Die kliko mijd ik tot ie weer wordt geleegd.

Maar goed. Ik werd dus gestalkt door een duif. Liep gewoon naar binnen. Pikte de broodkruimels die mijn oudste en jongste hadden laten vallen, kuierde op zijn gemak een beetje rond. Ga weg! Maar dat deed ie niet. Gek werd ik van dat beest.

Hoe het is afgelopen met Gerrit lees je hier: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-wordt-getergd-door-een-duif

zondag 21 september 2014

Ka ziet werk van een Kind van 70


Ik heb me een tijd geleden iets voorgenomen: vaker naar het museum. Ik heb een museumjaarkaart, ik heb wat meer tijd, dus niets houdt me tegen. Dinsdag fietste ik naar Singer in Laren. Daar is de tentoonstelling van Wouter Stips te zien. Kind van 70 heet het.

Ik ben fan van het werk van Wouter Stips. Omdat het zo vrolijk is. Leuk vind ik de titels die hij zijn werk meegeeft. 'It wasn't easy, oh no'. Of deze: 'Het verbaasde ons ook'. Ik geniet daarvan.

In Singer Laren zijn de meest recente schilderijen en glaskunstwerken van Stips te zien. 'De werken van Wouter Stips zijn kleurrijk en ogen optimistisch, onbevangen en zachtmoedig poetisch. Roept de eerste aanblik van Wouters universum spontane vrolijkheid op, bij nadere beschouwing is vol betekenis en stemt het tot nadenken en reflectie', vertelt de folder die ik als ik binnenkom in Singer van een stapeltje pak. Tot mijn grote schande ben ik nog nooit in Singer Laren geweest, terwijl ik toch al 42 jaar in het Gooi woon. Never mind, ik ben er.

Voordat ik het werk van Wouter Stips ga zien, wandel ik eerst door de tentoonstelling van Raoul Dufy. Deze Franse kunstenaar overleed in 1953 en liet prachtig werk na. Niet alleen kunstwerken vervaardigen, ook was hij meester in het ontwerpen van stoffen. Er is dan ook een aantal jurken te zien.

Op die zonnige dinsdag, fietste ik over de hei naar Laren. Eerst stopte ik voor een paar Schotse Hooglanders. Ik had immers mijn fotocamera mee en het was echt geen enkele moeite de bonken te fotograferen. Ze hielden me nauwlettend in de gaten en ik zorgde voor afstand. Als zo'n kolos beweegt, is het toch best griezelig.
Inderdaad, ik ben ook niet zo van het koe-knuffelen. Laten we het er maar op houden dat ik allergisch ben.

De enige juiste museumhouding.
Ik kwam aan in Singer en kocht een kaartje. Wat een prachtig museum. Eerst bekeek ik het werk van Dufy. Daarna het publiek. Of het komt omdat het een museum in Laren is, of omdat musea nou eenmaal kleurrijke vogels aantrekken, ik weet het niet. Maar ik genoot. En fotografeerde me suf. Zo had ik al snel een mannetje op leeftijd in de peiling. Aandachtig bekeek hij het werk van Dufy, las op zijn gemak -met zijn handen op zijn rug- de bordjes. Zijn houding ademde museum uit. Zo moest je je bewegen in een museum, vond ik.

Margarieten!
Na de tentoonstelling van Raoul Dufy, liep ik iets harder naar de expositie van Wouter Stips. De hele dag had ik het nummer van de Nits, Bauhaus Chair, in mijn hoofd. Twee suppoosten bekeken een van de werken en hadden het erover. 'Waarom schrijft ie margarieten?' Deze vraag liet de twee mannen niet los.








De glassculpturen die Stips maakt, zou ik zo in huis willen nemen. Vooral het werk 'In de wolken'. En ja, al zijn werk is te koop, maar mijn budget is niet toereikend. Inmiddels zijn de suppoosten aan elders het werk gegaan en is er een andere de Wouter Stips-hal binnen geschuifeld. In een hoekje checkt hij zijn telefoon. Het is een mooi plaatje en ik kan het dan ook niet laten er een foto van te maken. Leuk voor later. 'So let's create a different world'. Goed idee, laten we dat maar doen.


Als ik de schilderijen en sculpturen allemaal drie keer heb gezien, slenter ik naar buiten. In de tuin van Singer staat een aantal beelden. Zeer de moeite waard.
Zo. De tentoonstelling Kind van 70 kan ik van mijn lijstje afstrepen en Raoul Dufy pikte ik toch maar even mooi mee.


In de wolken.
De gek in mij...




Glassculptuur van Wouter Stips.

Echtpaar scant werk van Raoul Dufy.

Werk van Raoul Dufy.




Ondertussen, in de tuin van Singer...