zondag 29 juni 2014

Ka kijkt voetbal met haar ouders



Ik ben kapot. Gesloopt. Alsof ik een marathon heb gelopen. Midden op de dag, met een bloedhete zon op mijn hoofd. Zo voel ik mij. De waarheid is, dat ik vanaf vier uur de hapjes voor de wedstrijd heb voorbereid, zodat ik om kwart voor zes mijn Juichpak aan kon trekken. Mijn ouders komen bij ons de wedstrijd kijken. Mijn moeder is net zo fanatiek als ik, maar dan zonder Juichpak. Mijn vader komt mee omdat ie zich bij tegoed kan doen aan lekkere hapjes en een koel glaasje rosé, maar verder vindt ie het gesneden. Dat voetbal. Terwijl ik zit te hyperen op de bank, leest hij op zijn dooie gemak de Elsevier. In de tuin. Ver van de televisie.

De wedstrijd tegen Mexico is killing. Mijn kleinste stemt, net als de vorige keer, voor Nederland. Mijn oudste legt mijn moeder de voetbalregels uit. Uit fatsoen knikt ze met haar hoofd terwijl haar ogen in de beeldbuis zijn gezogen. Mijn oudste heeft niets door. De Man is er bij komen zitten omdat hij het zat werd steeds vanuit de tuin naar de tafel in de voorkamer te stiefelen om een bamiblokje of kipnugget te halen. Hij nestelt zich bij de voedertafel en als hij voldaan is, knoopt hij een goed gesprek aan met mijn vader, die zo nu en dan wat bromt omdat ie in de Elsevier wil lezen.

He lekker hoor, van alles wat. Ben er gek op. Ja, er staat ook sla en er zijn ook wortels, ja.

De eerste helft zit erop. Een niets-aan-de-hand-stand, 0-0. Het kan nog alle kanten op. Maar dan, drie minuten later is alles anders. Die Mexicanen scoren. Mijn moeder vloekt hartgrondig. Mijn oudste wijst naar haar. “Oma, dat mag je niet zeggen. Dat is niet netjes.” Mijn moeder reageert niet. Doet of ze hem niet hoort. Inmiddels heb ik het dessert op tafel geschoven. Oranje donuts, oranje tompouchen, twee oranje puddingen van Mona en koffie. Mijn kleinste ontwaakt weer uit zijn verveelbui. ‘Ik vind voetbal stohooom’, herhaalt hij tien keer. Gewoon negeren, dat is het beste. Nadat ie een donut en een kwak pudding met slagroom naar binnen heeft gewerkt, is ie een stuk opgewekter. “Ik wil nog een donutje, mam.” Ik zeg dat ie nu even zijn mond moet houden. “Als we nog een koffietje nemen, krijg jij nog een donut”, beloof ik hem.

Ik doe een schietgebedje. “Lieve god. Laat Oranje alstublieft doorgaan. Dat Juichpak staat me prachtig en het zou fijn zijn als ik dat nog een paar keer aan kan. Bovendien heb ik het kinderjuichpak voor mijn oudste nog niet eens binnen. Gun dat kind zijn lol en help. Poeier die bal in dat goal van die Mexicanen.” Voordat ik ‘amen’ kan zeggen, schreeuw ik het uit. Wesley Sneijder scoort. Mijn moeder juicht zo hard dat ze zich verslikt zich in een stukje donut. Ik sommeer mijn oudste oma hard op haar rug te kloppen zodat ik even door kan gaan met juichen, tot grote ergernis van De Man. Mijn vader leest, alsof er niets aan de hand is, verder in zijn Elsevier. De rust is weergekeerd. Wát? Een penalty? Voor Oranje? Ik heb het niet meer. Mijn kleinste slentert voor het beeld. “Is het al koffietijd?”, wil hij weten terwijl Nederland op het punt staat om een voorsprong te nemen. Ik wapper met mijn hand. De zenuwen gieren door mijn lijf. Huntelaar, de man die de strafschop gaat nemen, doet zijn haar goed. Logisch. Hij haalt diep adem, kiest een hoek en geeft die bal een poeier. We schreeuwen het uit. Mijn oudste stopt zijn vingers in zijn oren, De Man kijkt verstoord op van zijn iPad, mijn kleinste begint alvast aan zijn donut en mijn vader, mijn vader leest gewoon door. Ik ben kapot. Negentig minuten plus de extra tijd zijn een aanslag op mijn zenuwen geweest. 

Als mijn ouders naar huis zijn, mijn boenders in bed liggen, De Man de afwas doet, stamp ik nog een stuk pudding naar binnen. Die heeft Bondscoach Ka verdiend. Dik verdiend.


Meer blogs lezen? Wekelijks blog ik voor www.damespraatjes.nl

zaterdag 28 juni 2014

Ka is gekke Gerrit niet

Ik ben echt gaan houden van die hamsters....

Het sparen van de vijf zegels voor het Juichpak van de Jumbo, vond ik voor dit WK meer dan genoeg. Die oranje plakbolletjes van de Hoogvliet ging ik echt niet verzamelen. Daar dachten mijn boenders heel anders over. “En mam, ik wil ook zo’n grote plakbol, want daar kunnen we dan die kleine bolletjes opplakken”, meldde een van mijn boenders. “Zie ik eruit als gekke Gerrit?”, snauwde ik. Vorsend keek mijn oudste mij aan. En zo vond ik mij zelf terug bij de kassa van de Hoogvliet met vier, ik herhaal, met vier potten mayonaise omdat je zo’n reuze plakbol kreeg bij aankoop van twee potten mayo. Aangezien thuiskomen met één reuze plakbol geen optie was, zitten wij voorlopig goed in de mayonaise. De oranje plakbolletjes bleken toch minder goed te kleven op de reuze plakbol, dus die belandden door ons hele huis. Op het raam, op de televisie, op het voorhoofd van De Man. Niet zo’n succes.

De plakbolletjes van de Hoogvliet
Een ding had ik me voorgenomen: die hamsters van de AH komen er echt niet in. Mijn boenders konden op hun kop gaan staan, die kleine oranje huftertjes zochten maar elders onderdak. Eén zo’n hamster bij elke vijftien euro. Hallo! Ik ben gekke Gerrit niet. Toch? Mijn moeder dacht daar anders over. Kocht een tribune voor die oranje druktemakers, die we niet in elkaar konden zetten. Althans: we kregen het dak van de tribune er niet op. Dan maar geen dak. Drieëntwintig van die oranje knakkers moest ik hebben. Na de wedstrijd tegen Australië besloot ik te inventariseren hoeveel we er hadden. Het was een hels karwei om die hamsters op die papieren tribune te krijgen. Ik moest het elastiekje door een minuscuul klein gaatje frommelen. Ik stond op het punt om die tribune ritueel te verbranden toen ik zag dat ik nog maar zes hamsters miste. Zes. Mijn bloed begon te kolken. Ik moest en zou dat hamsterlegioen compleet zien te krijgen. Nog voor Oranje uit het WK werd geknikkerd. Ik schakelde social media in. En ja hoor. Die had ‘Sjeekie’ voor me, de ander ‘Feesbeesie’, maar ook ‘Sjaaltje’ kon ik met een gerust hart adopteren. Ik haalde dat hamstergebroed overal vandaan. Mijn oudste ruilde met juf Lisa, de moeder van Glennice overhandigde me ‘De Tetter’. Maar één plek bleef leeg op de tribune van het hamsterlegioen: de stoel van ‘De Tuub’. Ik begreep dat wel, want wie wil er nou in godsnaam naast een tubaspeler zitten? Geen hamster. Nadat Oranje drie wedstrijden had gespeeld, kreeg ik ‘De Tuub’ toegeschoven. En nu is mijn tribune vol. De verzamelstorm is geluwd.

Het voltallige legioen. 
Dacht ik. Want nietsvermoedend keek ik naar de televisiereclame, uiteraard gestoken in mijn Juichpak. Daar kwam de stylist uit het zuiden voorbij. En die stylist uit het zuiden had goed nieuws. Juichpakken voor kinderen. Paniekerig keek De Man mij aan. Zwaaide met een witte zakdoek. “Nee. Niet. De. Boenders. In. Een. Juichpakje”, hapte hij naar adem. Ja zeg, weer voor honderd euro boodschappen doen en dan kans maken op een van de zoveel Juichpakjes. Ik ben gekke Gerrit niet. Toch?!

ps: Toen ik dit blog klaar had, kreeg ik het onwaarschijnlijk goede nieuws van een vriendin dat zij het Juichpak voor kinderen heeft gewonnen en zij deze wil afstaan. Voor mijn oudste. Ik kan niet wachten. Straks juichen mijn oudste en ik samen in een Juichpak!!!

ps ps: "Albert Heijn waarschuwt voor een veiligheidsrisico aan de Hup Holland Hamsters. Het gaat om alle hamsters die sinds 2 juni in de winkels van Albert Heijn zijn weggegeven. Het stickertje op de achterkant van de hamsters kan makkelijk los raken, waardoor kinderen jonger dan 3 jaar erin kunnen stikken, aldus de supermarktketen in een verklaring. Albert Heijn roept op het stickertje te verwijderen, alvorens kinderen onder de 3 jaar ermee te laten spelen", zo las ik op een nieuwssite. Inmiddels weet ik dat je je om dat stickertje niet zoveel zorgen hoeft te maken. Wat wel een punt van aandacht is, is de zuignap op de Grote Hamsters -die inmiddels ook bij ons wonen-. Mijn kleinste plakte de hamster op zijn voorhoofd en loopt al drie dagen met een grote ronde plek op zijn voorhoofd. Hilarisch. Al denkt hij daar heel anders over...


Meer lezen? Surf dan naar www.damespraatjes.nl, waar ik wekelijks voor blog.

Ka wil ook 150.000 likes

Meer dan 150.000 likes heeft Ria Struijk op haar fanpagina van de Action. 150.000!!!!


Er zijn succesvolle ondernemingen die ik graag zelf had willen bedenken. Vooral simpele zaken. Zoals de Post-it-briefjes. Hoe eenvoudig kan het zijn? Of inderdaad, de paperclip. Ook zo iets. En als je het dan bedacht hebt, en het wordt een doorslaand succes, dan zou het ook fijn zijn als je daar financieel een beetje beter van wordt. Dat je wat makkelijker achterover kunt leunen. Je wat minder druk hoeft te maken, zeg maar.

Voor www.damespraatjes.nl interviewde ik vorige week Ria Struijk. Zij beheert een fanpagina van winkelketen Action. Ooit begonnen als een weddenschap met een vriendin, nu uitgegroeid tot een knaller. Een hit. Over de 150.000 likes heeft Struijk op haar pagina. Een post wordt op zijn minst 300 keer geliked. Het succes: de eenvoud. De oprechtheid. De creaviteit.

150.000 likes. Daar droom je toch van?

Benieuwd naar het verhaal van Ria Struijk? Lees dan het interview op http://www.damespraatjes.nl/2014/ria-struijk-fan-van-action-en-heeft-150-000-fans

donderdag 26 juni 2014

Ka vindt Oranje een baas


Natuurlijk dacht iedereen dat ik een grapje maakte toen ik zei dat ik voetbal zou gaan kijken in mijn Roy Donders-Juichpak. Surprise! En of ik in mijn knaloranje pak de wedstrijden van vooral Oranje volg. Het is tamelijk warm, maar ik houd het aan. Vooralsnog heeft het geluk gebracht, zo heb ik bedacht. Drie wedstrijden gespeeld, drie gewonnen. Dikke winst.

Voetbal kijk ik vooral met mijn oudste. De Man geeft er niet veel om, en mijn kleinste vindt alleen het lang opblijven interessant. Zijn tijd komt nog wel.

Die hele gekte rondom Oranje doet mijn blogader sidderen. Er gebeurt zoveel, dat ik het nauwelijks kan bijhouden.

Mijn blog voor www.damespraatjes.nl gaat over sissende Spanjaarden, met slagroom spuitende scheidsrechters en glittertjes die in mijn rug prikken.

Lees m zelf maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-vindt-oranje-een-baas

Dit is zeker niet mijn laatste blog over het voetbal....


zondag 22 juni 2014

Ka:Oh god! Bijna zomervakantie!


Goh. Wat gaat het toch allemaal snel. Voor ik het goed en wel in de gaten heb, is er al weer een week om. Monter kwam mijn oudste laatst thuis. "Juf Lisa zei net dat we nog maar twee weken naar school gaan en dat het dan vakantie is." Nee. Dat kan niet. Is de maand mei dan nu al klaar en juni al zo'n eind op weg? Ja. Maar dat kan helemaal niet, want we willen dit jaar op vakantie en hebben nog niet eens bedacht waar we naar toe gaan. Oh nee he, alles natuurlijk volgeboekt. Waarom bedenken we niets in januari zoals iedereen dat doet? Waarom twee weken van tevoren?

"Is een vouwwagen niet iets voor ons?", oppert De Man. Een vouwwagen. Een vouwwagen! Ja! Want ik wil niet meer op een rottig luchtbed op de koude grond slapen. Dat deed ik toen ik twintig was. Woest aantrekkelijk, soepel als kauwgom en aan een paar uur slaap voldoende. Nu wil ik slapen. Lang en comfortabel. Maar wel in een ander decor dan thuis. Een vouwwagen. Dat is misschien wel wat. Hoef ik niet in een kant-en-klaar Safaritent. Maar dan hebben we gewoon onze eigen hut. Ja! De Man belt de man die vouwwagens voor een mooie prijs in huis heeft. Deze vouwwagen-man is nu zelf op weg naar Frankrijk, maar donderdag weer terug, schreeuwt ie veel te hard in de telefoon. Prima. Donderdag. Bijna kan ik rustig achterover leunen. Vouwwagen, boenders, kleding en gaan. Op naar vakantie. Heerlijk.

De paniek zakt, terwijl ik vakliteratuur lees. Maar ja, Frankrijk, hoe aanlokkelijk ook, misschien moeten we dat volgend jaar doen.

Meer weten over dat Frankrijk-boek? Lees dan mijn blog: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-leest-kidsproof-kamperen-frankrijk


donderdag 19 juni 2014

Ka loomt niet


Deze vrolijke vrienden zijn geloomd door De Man. Sorry? Ja, loomen, een soort punniken maar dan met elastiekjes. Ik kan het niet. Of liever gezegd: ik heb er niet zoveel mee.

Mijn moeder heeft het mijn boenders geleerd. Zij schafte een 'loom' aan en elastiekjes. Mijn oudste kan het erg goed, mijn jongste doet maar wat. Maar de beste loomer bij ons thuis, is De Man. Die kan het echt heel goed. Loomt moeiteloos brede armbandjes en draait zijn hand niet om voor cavia's en schildpadden van elastiek.

Een diepe buiging en blog voor De Man. Lees 'm maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-loomt-niet

maandag 9 juni 2014

Ka wordt besproken

Ik haast me naar de sportschool. Ik ben al laat en houd daar niet van. Ik zet mijn fiets tegen een boom, en hol de trappen van de Kijkbuistunnel op. Hijgend kom ik boven. Blijf ik zo wonderlijk vinden. Ik sport me suf, en na het beklimmen van die trappen ben ik steevast buiten adem. Als ik mijn adem onder controle probeer te krijgen, hoor ik ineens: "Ja, hallo. Goedenavond."

Verbaasd kijk ik om me heen. Achter me zitten twee zwervers. Een man en een vrouw. Tussen hen in een overvol winkelwagentje met vage plastic zakken en lappen. "Oh, hallo", antwoord ik een beetje gepikeerd. Waarom zegt die vrouw mij zo nadrukkelijk gedag? Ik loop door en spring niet veel later op mijn spinningfiets, het voorval in de Kijkbuistunnel snel vergetend. Maar dan ga ik weer naar huis. Van verre zie ik ze al zitten. En ruik ik ze. "Nou, echt vrolijk loop je er ook niet bij, hé?" Nou moe. Het moet niet gekker worden. Met haar hand wappert ze van mijn kruin naar mijn tenen. Haar nagels zijn zwart van het vuil. "Moet je nou kijken, allemaal zwart. Ben je depressief ofzo?" Ik? Depressief? Ik kijk naar mezelf. Oh. Ik ben in het zwart gekleed. Alsof zij met haar kaalgeschoren hoofd volle zalen trekt, denk ik grimmig. "Mens, ik heb een super vrolijke tas", wijs ik op mijn knaloranje sporttas. Ze schudt haar hoofd, maar grijnst nu. "Trek morgen maar wat vrolijkers aan", adviseert ze me. Nou ja zeg. Ik kijk om me heen. Ik verwacht dat elk moment Frans Bauer buiten adem van de trappen tevoorschijn komt om mij te zeggen dat ik in Bananensplit zit. Niets is minder waar. Het blijft akelig stil in de Kijkbuistunnel. Ik wens haar en hem een fijne avond. Hij zegt niets. Hij lijkt wel dood, maar ik ga ervan uit dat ie slaapt. "God zegent u", roept ze me na. Dat zou ook voor het eerst zijn, mompel ik.

Niks mis mee, met mijn sporttassie. Ook leuk bij mijn Roy Donders Juichpak!

De volgende dag stier ik de trappen van de Kijkbuistunnel weer op. "Kijk, dat ziet er een stuk beter uit", keurt de zwerfster mijn kleding goed. Mijn god. Zou ze van de modepolitie zijn? Zwijgend steek ik mijn hand op en loop door. Ik heb geen zin in conversaties met vreemden in de Kijkbuistunnel. Ze brabbelt nu tegen andere tunnelgangers.

Als ik terugkom, hoop ik ongezien langs haar heen te glippen. Mis. Ze mompelt iets binnensmonds en kijkt me vragend aan. "Weet je wat dat is? Nee? Moet je thuis even opzoeken." Ik knik en weet nu al dat ik dat toch niet doe. God, wat begint dat mens me op mijn zenuwen te werken. En waarom moet ze mij toch steeds hebben? "De wegen naar Sion treuren, er zijn geen feestgangers meer. Haar poorten liggen verlaten, haar priesters zuchten, haar meisjes zijn bedroefd. En zij zijzelf: bitter is haar lot", predikt ze theatraal. Haar vriend, wordt snurkend wakker. Heeft de tekst ongetwijfeld vaker gehoord.

Ik vertel over duo aan De Man. Dat ik er gek van word. Grijnzend kijkt De Man me aan. "Weet je wat nou zo mooi is? Zij laten zich niet gek maken. Alles wat ze bezitten past in een winkelwagentje. Meer hebben ze niet om zich druk te maken." En dus hebben ze alle tijd om zich met mij te bemoeien. 

Of ze er nog zitten, ik weet het niet. Sinds kort neem ik een andere route naar de sportschool. Het is vreselijk om en ik moet eerder van huis. Het maakt me niks uit. Het is een stuk beter voor mijn humeur.

Meer blogs van mij zijn te lezen op www.damespraatjes.nl 


Ka antwoordt zuchtend

Mijn oudste praat met zijn broertje.

Ik ben een geduldig mens. Dat was ik niet, dat heb ik moeten leren. En heel soms val ik in mijn oude, ongeduldige rol. Sinds ik twee boenders heb, tel ik wat vaker tot tien, haal diep adem en beantwoord hun vragen. En dat zijn er veel. Heel veel.

Van 'waar komt regen vandaan?' tot 'hoeveel tijd hebben we nog?'. Vooral aan de vragen die over tijd en natuur gaan, heb ik een hekel. Weet ik veel. Een buitje is goed voor het stof en als het onweert zijn er twee wolken tegen elkaar aan gebotst. Niet? Nou, ik vind het een mooi antwoord.

Toen ik zwanger van mijn jongste was, barstte mijn oudste van de vragen. Al vrij snel had hij in de gaten dat zijn broertje in mijn buik werd gebakken. En dan zijn zes maanden lang. Dagelijks vroeg hij of zijn broertje al klaar was. Neehee. Hoe lang het dan duurde. Nog zes maanden. Hoe lang is dat dan? Doodmoe werd ik ervan.

Aan dit alles moest ik denken toen ik de Zwangerschaps Aftelkalender voor broertjes/zusjes zag. Ideaal! Wat een uitvinding! Was dat er vijf jaar geleden maar. Hadden mijn oudste boender en ik samen kunnen aftellen.

Wat ook een toestand is, zijn afstanden. Hoe lang duurt het voordat we bij opa in Wassenaar zijn?

Zucht...

Lees mijn blog maar: http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-antwoord-zuchtend-blog-zwangerschaps-aftelkalender-voor-kinderen

Voor mij te laat, maar ik weet het zeker: deze aftelkalender gaat het leven van zwangere moeders zoveel aangenamer maken...

donderdag 5 juni 2014

Ka helpt bij de Avondvierdaagse

En na afloop masseer ik de poezelige voetjes van mijn oudste...

Ik heb het verdrongen. Weggestopt in de krochten van mijn hersenen. Maar deze week komen de herinneringen weer keihard tevoorschijn. De Avondvierdaagse. Wandelen. Vier dagen lang. Zingen. In de zeikregen. Komkommer eten. Een bosje duizendschoon van mijn moeder. Ik deed het. Maar of ik het nou leuk vond? Mwoah. Mijn oudste heeft de leeftijd bereikt dat hij mee mag doen. Even hoopte ik dat ie de wandelbeker aan hem voorbij zou laten gaan, maar niets is minder waar. Hij wilde meedoen. Prima. Maar niet met mij. Dus moet De Man wandelen.

Aan de vooravond van de avondvierdaagse werd ik wat paniekerig. Wat moest ik mijn oudste meegeven voor onderweg? Hij had het er maar over dat ie een citroen met pepermunt wilde hebben. Bij de gedachte alleen al vloog het glazuur van mijn tanden. Ik informeerde bij de juf. Een komkommertje en een snoepje was prima. Ik haalde opgelucht adem. Niets citroen. Ik vroeg mijn kleinste of hij wilde helpen met het verzorgen van de drank. Hij straalde.

Twee dagen hebben we nu gehad. En ik ben moe. Bekaf. Van dat ontwrichte leven. Door een wandelfestijn…

Maar er zijn mensen die het nog slechter hebben…