woensdag 16 juli 2014

Ka usem


Ziet er wel heel gezellig uit, dat blikje vol masking tape en ander prullaria.

Eerder heb ik al eens gedeeld dat ik gek op papier en kaarten ben. Sinds kort kan ik ook masking tape aan dit fijne duo toevoegen. Een kantoorboekhandel kan ik niet negeren. Ik moet naar binnen. En altijd verlaat ik zo'n winkel met iets. Een gave kaart, een heel handig notitieboekje of in het ergste geval een rolletje masking tape.
Op mijn iPhone heb ik bij 'notities' een lijstje gemaakt. Onder het kopje 'koopverbod' staat het volgende:

- kaarten
- inpakpapier
- masking tape
- bodylotion

Heel soms, als ik iets van dit lijstje in mijn handen heb, denk ik eraan. En dan leg ik het terug. Dat is op de dagen dat ik sterk als een beer ben. Gelukkig zijn er dagen zat over waarop ik denk: lak aan dat lijstje. Wie heeft dat nou helemaal bedacht? Nou? Nou? En met een grijns van oor tot oor reken ik het zoveelste rolletje masking tape af. Want die met die hartjes, die had ik echt nog niet. Mocht ik een dag hebben dat alles tegenzit, ik drie kilo in een uur ben aangekomen, mijn haar stommer dan stom zit, dan koop ik gewoon alles van het Koopverbod-lijstje. Schijt aan dronken naatje.

Onuitstaanbaar ben ik als mijn boenders jarig zijn. Sommige gasten verpakken de cadeautjes heel leuk. Ik zie dat gelijk bij binnenkomst, in een oogopslag. Sterker: ik scan de cadeautjes bij binnenkomst. Nou ja, het papier dan. Als het me aanstaat, Bart Smit-papier is gewoon stom dus dat hoef ik niet, houd ik de gever van dat leuk ingepakte cadeautje nauwlettend in de gaten. Op het moment dat hij een van mijn boenders zijn verrassing wil overhandigen, sla ik toe. Vanuit het niets spring ik precies op tijd als een karateKa tussen de gever en de jarige. Ruk het cadeau uit de handen van de gever en zeg met mijn liefste glimlach: 'ik maak het wel even open'. Nu geen fouten maken. Niet dat het plakband het papier stuk scheurt. In opperste concentratie red ik het papiertje. Het is logisch dat ik bekaf ben na een verjaardag waarop de gasten alleen maar leuk ingepakte presentjes bij zich hebben.

Oh! Hier word ik zooo blij van!
Enfin. Ik heb nu iets ontdekt waar mijn hart heel snel van gaat kloppen. Usem Note Cards. Dat zijn kaartjes van papier die net zo groot zijn als een bankpas. Superhandig dus. Passen in je portemonnee. Het allerbelangrijkste is dat het design, Nederlands overigens, prachtig is. Ik houd daar zo van. Ik bestelde een pakketje. Om weg te geven. Ik kreeg een mailtje van de bedenker van Usem, Gijs de Werker. Dat ie het pakketje op de post had gedaan en dat als de postbode zijn werk een beetje behoorlijk deed, ik dat de volgende dag binnen zou hebben. Dat was ook zo. Een grote envelop lag op de grond. Ik maakte thee en ging er goed voor zitten. Oooh. Een lust voor het oog. Alles is zo mooi verpakt en ingepakt. Het meest gelukkig werd ik van dat kleine envelopje met daarin een handgeschreven kaartje. Van Gijs.

Ik vrees dat de weggeef-kaartjes ons huis niet verlaten. En dat er een nieuw artikel op mijn Koopverbod-lijstje gaat prijken. Het zij zo.

Een handgeschreven kaartje. Kom er nog maar eens om!


Ik blog niet alleen op Life of Ka, maar ook op www.damespraatjes.nl Leuk als je daar ook een kijkje neemt!

donderdag 10 juli 2014

Ka drinkt koffie bij Gordon


Gordon heeft een eigen coffee & tea salon. Op de Huizerweg in Blaricum. Zondag 6 juli, op zijn verjaardag, werd Blushing geopend door de burgemeester van Blaricum. Aangekondigd werd dat de eerste tijd Gordon zelf de koffie, groene smoothies en smakelijk gebak serveerde.

Daar moesten mijn vriendinnen Esther en Miranda en ik langs. Op zeker. Op een druilerige woensdagochtend reden we naar pittoresk Blaricum.

Een bomvolle tent en een hardwerkende Gordon. Dat viel gelijk op. Handenwrijvend inspecteerde we de smakelijke en uiterst originele menukaart. En bestelden. Nadat we en stief kwartiertje contact hadden gezocht met bedienend personeel, bleek dat we aan de bar moesten bestellen. Geen punt.

Hier lacht Esther nog.
Wat er daarna allemaal gebeurde, verzin je niet. Hoewel ik volhield dat 'ik alles deed voor een vette blog'.

Over hoe tafel nummer 13 echt ongeluk brengt, hoe ik een Marijke Helwegen-shake de zaak doorslingerde en over hoe we op de foto gingen met Gorden. Dat dan weer wel.

Het was achteraf allemaal om te gieren. Toch Es en Miran?

Lees mijn blog op http://www.damespraatjes.nl/2014/ka-drinkt-koffie-bij-gordon 



Nog even wat foto's:


Zelfs Prince drinkt koffie.
Oh nee! Lenny K. ook! 



Gordon aan het werk.


Ka ziet Oranje uitglijden

Bob kan het nauwelijks aanzien.
Vaderlijk sprak Louis van Gaal mijn boenders via het Jeugdjournaal toe. "Ik zou mijn kinderen altijd de wedstrijd laten zien, want het is iets unieks, denk ik, als je ziet wat voor impact het heeft op heel het wereldgebeuren”, vond de bondscoach. “Ik zou ouders dus ten strengste adviseren om hun kinderen gewoon naar de wedstrijd te laten kijken.” Ha. Mijn boenders keken mij triomfantelijk aan. Als Lolly van Gaal, zoals mijn kleinste hem uiterst serieus noemt, het zei, dan moest ik wel van heel goeden huize komen om die boenders naar bed te bonjouren. Het idee dat ze tot tien uur op moesten blijven om vervolgens nog eens talloze minuten voetbal te kijken, vond ik weinig aanlokkelijk. Ik bedacht de constructie eerst-even-slapen-en-daarna-kijken.  Vonden ze niet ideaal. Ik hield voet bij stuk. Ik hees ze de kleinste alvast in zijn Juichpakse en de oudste in een prachtig oranje shirt en bracht ze naar bed.

Tien minuten en een bak overredingskracht had ik nodig ze om kwart voor tien uit bed te krijgen. “Voetbal begint zo. Kom nou.” Morrend draaide mijn oudste zich om. Snauwde iets onverstaanbaars. Ik zette m rechtop. Hij viel weer om. Dan mijn kleinste. Kind had het snikheet in zijn synthetische Juichpak. Met rode konen keek hij mij woest aan. Maakte een schijnbeweging om uit bed te komen, maar nam een snoekduik en kroop weer onder het dekbed. Ik zuchtte diep. De Man bood de helpende hand en haalde de twee eruit. Op naar beneden waar de limonade en chocolaatjes voor ze klaar stonden.

Slaapdronken giechelden ze op de bank. Ik kon Frank Snoeks niet horen en wilde dat wel. Hoopte zo dat er weer een of andere malloot hem zou bellen. Kritisch keek mijn kleinste naar de televisie. “Nederland gaat niet naar de finale.” Een simpele constatering die insloeg als een bom. Of ie wel goed bij zijn hoofd was? Tuurlijk ging Oranje door. Mijn kleinste schudde ze hoofdje. Gewoon negeren. Na twee keer drie kwartier hingen we alle drie lamlendig in de bank, terwijl De Man zijn gras maaide en zijn geiten eten gaf op zijn virtuele boerderijtje. Doodmoe waren we. De verlenging. “Nederland gaat niet naar de finale”, herhaalde mijn kleinste. Mijn oudste gaf m een dreun. Zo doe je dat. De verlenging was voorbij. Ik barste van de slaap. “Wat denk je mam, gaan we het redden?”, vroeg mijn oudste. Ik haalde mijn schouders op. “Waarom zet Lolly van Gaal die Tim Krul niet in het doel?”, vroeg mijn kleinste. Ik verbaasde me over zijn voetbalkennis. Mijn oudste legde uit dat Van Gaal niet meer mocht wisselen. We wilden Krul in het doel. Die reus. Met die enorm lange armen. Maar ja. Lolly beslist.

Wat ging het fout. Ron Vlaar, de beer van de match miste. En Wesley ook. Het oranje doek viel. Beteuterd keken we naar de televisie terwijl De Man al op bed lag. We keken naar het hamsterlegioen. We zagen de grote hamsters blij op het raam dansen. “Jammer, he jongens?” Mijn oudste knikte. “Ik had het toch gezegd”, jengelde mijn kleinste.


Ik viel in een diepe onrustige slaap. Droomde over Louis van Gaal. “Ik zou jou ten strengste adviseren dat Juichpak te verbranden”, sprak hij mij toe. Zwetend werd ik wakker. Dat nooit. Lolly moest nou maar eens een poosje zwijgen.  

zondag 6 juli 2014

Ka ziet m gewoon twee keer


Wat een draaaaak van wedstrijd. Op vele fronten was dit mijn minst leuke wedstrijd. Belangrijkste spelbreker was natuurlijk de begintijd van Nederland – Costa Rica. Tien uur. Hallo. Normaal slaap ik dan al. Nog niet in mijn remslaap, maar wel hard op weg. Wat ook niet meehielp is dat ik mijn assistent-bondscoach niet naast me zat. Om vijf voor tien probeerde eerst De Man hem wakker te maken, en daarna ik. Geen beweging in te krijgen. Een warme hoop slapend boendertje. Eén oog ging open. Eén seconde en viel nog harder dicht. En wat toch ook jammer was, was dat mijn vloekende en foeterende moeder er niet was. Daar zat ik dan in mijn juichpak.

Leuk was wel het contact dat ik wereldwijd had. Zo appte ik met wat voetbalfans, en meldde mijn beste vriendin zich op Facebook. Zij zat de wedstrijd in Alaska te kijken. Samen met haar zoon in The Peanut Farm, sports bar and grill in Anchorage, schreeuwde zij tussen de norse Alaskianen Oranje naar een overwinning.

Mijn vriendje in Alaska na afloop van de wedstrijd.
Goed. De Man zat met zijn laptop op zijn schoot met een half oog te kijken, ik zat in mijn Juichpak. De hele dag had ik me keurig gedragen wat snaaien betreft, maar nu ging ook mijn leeuw los. Ik stortte me op een cappuccino en een reep met zandkoekjes. Wie bedenkt dat? Weet je wat we doen, we prakken er zandkoekjes erdoor heen. Enfin. Normaal slaap ik op dit tijdstip, dus stamp ik geen calorieën meer naar binnen. Het was overmacht, die bloedsuikerspiegel moest omhoog.



In de 49ste minuut veerde ik op. Hoorde ik daar nou een telefoon?  Ja. Het was de telefoon van Theo Snoeks, de commentator. “Wat is dit toch, verdomme”, foeterde hij zachtjes, maar hard genoeg om het te horen. Ik rolde op de bank van het lachen. In de 57ste minuut ging zijn telefoon weer. Hilarisch. Had ik toch nog een soort van foeterende moeder in de kamer. Niet veel later riep Snoeks ‘dat het postbodevoetbal was’. Die begreep ik niet en zin om er over na te denken had ik allerminst.

Ik moet werkelijk alle zeilen bijzetten.
De verlenging kwam in zicht. Om mijn god. Nog een half uur. Heel mijn lijf was verdoofd van de slaap. Naar bed gaan was nu zeker geen optie. Ik hield dapper vol. Penalty’s. Ik keek vast op het wasvoorschrift van mijn Juichpak hoe heet ik m mocht wassen. Kon ik m schoon opbergen voor het volgende voetbalfestijn. Ik had namelijk een hard hoofd in die strafschoppen.

De keeperwissel van Louis van Gaal was geniaal. Daar stond ie, Tim Krul. Fris en fruitig. Een beer van een gozer. God wat wilde ik graag geloven dat hij ervoor zou zorgen dat ik mijn Juichpak nog een rondje kon dragen. En het geschiedde. Twee poeiers plukte die Hagenees uit het net. Ik brulde het uit. 'In Louis we trust’ schreeuwde een Facebookvriend op zijn tijdlijn.


’s Ochtends, toen ik dodelijk vermoeid naar beneden ging en mijn boenders vertelde dat Oranje door was, zag ik de teleurstelling. Ik schakelde naar On Demand op de televisie en niet veel later zat ik voor de tweede keer naar die draak van een wedstrijd te kijken. Met dit verschil dat ik nu de afloop al wist. 

vrijdag 4 juli 2014

Ka d'r oudste past het Juichpak niet



Terwijl ik allerlei zeer smakelijke tapas charmant naar binnen schoof, kreeg ik een berichtje van mijn oud-collega Elani. "He, Ka. We hebben een kinderjuichpak gewonnen bij de Jumbo. Wil jij dat voor je oudste hebben?" Wat?! Een juichpak voor mijn boender? Maak me gek! Ik slaakte een kreet, de ober kwam aangesneld en was zeer teleurgesteld toen het vals alarm bleek te zijn. "Een Juichpak, beste kerel, ik krijg een juichpak voor mijn oudste boender." Mijn eetvriendinnen keken zo neutraal mogelijk. Alsof ze me niet kenden. Ik sloeg de verbouwereerde ober hard op zijn schouder en bralde om meer wijn.

Wat ontzettend aardig dat Elani aan me dacht. De hele verdere avond voelde ik me alsof ik jarig was. Toen ik de volgende dag wakker werd, lachte werkelijk mijn hele lijf. Ik snelde naar beneden om mijn oudste het goede nieuws te vertellen. Hij veerde soepel op, omhelsde me en zei: "Dan kunnen we samen juichen, mam!" Wat heerlijk. Wat een vreugde.

Gedurende de laatste wedstrijd tegen Mexico, brak het zweet me uit. Niet alleen omdat de kans nu wel heel groot was dat we door die Mexicanen in de pan werden gehakt. Wat me veel meer zorgen baarde: stel dat ze eruit vlogen, dan kon mijn oudste niet in zijn Juichpakkie zitten. Hoe ging ik dat vertellen? Hoe bracht je zulk slecht nieuws? Tot mijn grote opluchting won Oranje. Het volgende stressmomentje vloog op me af: zou Elani het pak op tijd in huis hebben?

Toen ik vandaag thuiskwam, lag er een briefje in de bus. De postbezorger had een pakketje bij mijn oude buuf afgeleverd. Ik holde naar haar toe. "Ik wil me nergens mee bemoeien, maarre, zo te zien ben je er heel blij mee. Mag ik vragen wat het is?", vroeg mijn oude buuf nieuwsgierig. "Het is een Juichpak, een Juichpak", jubelde ik terwijl ik een sprint naar huis trok. Ik maakte de envelop open, las de lieve kaart die Elani erbij had gestopt en bekeek het Juichpak. Ik slikte. Ik vreesde met grote vreze dat mijn oudste dit pakje niet paste.

Oh nee.... het Kinderjuichpakje past mijn oudste niet...

Opgewonden kwam hij thuis. Hij trok de broek aan. "Ehm, mam?" De knaloranje broek kwam niet verder dan zijn knie. "Het jasje dan", hield ik de moed erin. Het arme kind zag eruit als een oranje rollade. Daar zag mijn kleinste zijn kans schoon. "Ik pas 'm wel", tetterde ie. En ja. Het Kinderjuichpak zit hem als gegoten. De teleurstelling droop van het gezicht van mijn oudste. Terwijl mijn kleinste de glittertjes op de rug van het jasje telde, beurde ik mijn oudste op. Met een prachtig goed zittend T-shirt met een leeuw erop. "Hier kan ik nog harder in juichen, mam, want deze past!"

Een juichende oranje vlek op de bank. Dat is wat chagrijnige hondenbezitters zondag tijdens de wedstrijd Costa Rica-Nederland zien als ze bij ons naar binnen kijken terwijl ze de hond uitlaten.

Ja. Mijn kleinste past m wel. Gelukkig maar!