donderdag 10 juli 2014

Ka ziet Oranje uitglijden

Bob kan het nauwelijks aanzien.
Vaderlijk sprak Louis van Gaal mijn boenders via het Jeugdjournaal toe. "Ik zou mijn kinderen altijd de wedstrijd laten zien, want het is iets unieks, denk ik, als je ziet wat voor impact het heeft op heel het wereldgebeuren”, vond de bondscoach. “Ik zou ouders dus ten strengste adviseren om hun kinderen gewoon naar de wedstrijd te laten kijken.” Ha. Mijn boenders keken mij triomfantelijk aan. Als Lolly van Gaal, zoals mijn kleinste hem uiterst serieus noemt, het zei, dan moest ik wel van heel goeden huize komen om die boenders naar bed te bonjouren. Het idee dat ze tot tien uur op moesten blijven om vervolgens nog eens talloze minuten voetbal te kijken, vond ik weinig aanlokkelijk. Ik bedacht de constructie eerst-even-slapen-en-daarna-kijken.  Vonden ze niet ideaal. Ik hield voet bij stuk. Ik hees ze de kleinste alvast in zijn Juichpakse en de oudste in een prachtig oranje shirt en bracht ze naar bed.

Tien minuten en een bak overredingskracht had ik nodig ze om kwart voor tien uit bed te krijgen. “Voetbal begint zo. Kom nou.” Morrend draaide mijn oudste zich om. Snauwde iets onverstaanbaars. Ik zette m rechtop. Hij viel weer om. Dan mijn kleinste. Kind had het snikheet in zijn synthetische Juichpak. Met rode konen keek hij mij woest aan. Maakte een schijnbeweging om uit bed te komen, maar nam een snoekduik en kroop weer onder het dekbed. Ik zuchtte diep. De Man bood de helpende hand en haalde de twee eruit. Op naar beneden waar de limonade en chocolaatjes voor ze klaar stonden.

Slaapdronken giechelden ze op de bank. Ik kon Frank Snoeks niet horen en wilde dat wel. Hoopte zo dat er weer een of andere malloot hem zou bellen. Kritisch keek mijn kleinste naar de televisie. “Nederland gaat niet naar de finale.” Een simpele constatering die insloeg als een bom. Of ie wel goed bij zijn hoofd was? Tuurlijk ging Oranje door. Mijn kleinste schudde ze hoofdje. Gewoon negeren. Na twee keer drie kwartier hingen we alle drie lamlendig in de bank, terwijl De Man zijn gras maaide en zijn geiten eten gaf op zijn virtuele boerderijtje. Doodmoe waren we. De verlenging. “Nederland gaat niet naar de finale”, herhaalde mijn kleinste. Mijn oudste gaf m een dreun. Zo doe je dat. De verlenging was voorbij. Ik barste van de slaap. “Wat denk je mam, gaan we het redden?”, vroeg mijn oudste. Ik haalde mijn schouders op. “Waarom zet Lolly van Gaal die Tim Krul niet in het doel?”, vroeg mijn kleinste. Ik verbaasde me over zijn voetbalkennis. Mijn oudste legde uit dat Van Gaal niet meer mocht wisselen. We wilden Krul in het doel. Die reus. Met die enorm lange armen. Maar ja. Lolly beslist.

Wat ging het fout. Ron Vlaar, de beer van de match miste. En Wesley ook. Het oranje doek viel. Beteuterd keken we naar de televisie terwijl De Man al op bed lag. We keken naar het hamsterlegioen. We zagen de grote hamsters blij op het raam dansen. “Jammer, he jongens?” Mijn oudste knikte. “Ik had het toch gezegd”, jengelde mijn kleinste.


Ik viel in een diepe onrustige slaap. Droomde over Louis van Gaal. “Ik zou jou ten strengste adviseren dat Juichpak te verbranden”, sprak hij mij toe. Zwetend werd ik wakker. Dat nooit. Lolly moest nou maar eens een poosje zwijgen.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten